We eten met z’n allen minder vlees en reizen minder met het vliegtuig. Maar wist je dat jouw manier van omgaan met kleding ook een impact heeft op het milieu? Hieronder wat info op een rijtje.

De ecologische voetafdruk van de kledingindustrie

De kledingsector is momenteel één van de meest vervuilende industrieën. Dit komt grotendeels door de uiteenlopende manieren waarop het vervuilend is. Je hebt de CO2- uitstoot die vrijkomt bij de productie en vervoer, de grote hoeveelheid water die gebruikt wordt bij het telen van de grondstoffen, het verven van de stoffen wat het water vervuilt, de vervuiling van grondwater en rivierwater door pesticide, en de immense hoeveelheid afval die het met zich meebrengt omdat fast-fashion niet lang wordt gedragen.

 

CO2 – uitstoot

Tijdens de productie van kleding komt CO2 vrij. Wanneer de kleding gemaakt is van dierlijk materiaal komt daar nog de CO2 uitstoot van de dieren bovenop.

Daarnaast wordt 60% van alle kleding geproduceerd in ontwikkelingslanden. Deze kledingstukken worden allemaal per boot vervoerd naar het Westen. Er is nog maar weinig regulering over wat deze schepen mogen uitstoten. Niet alleen stoten ze CO2 uit, maar ook andere giftige stoffen. Hierdoor geraken de aanliggende kustgebieden steeds meer vervuild. De volgende infographic toont de CO2 uitstoot van de kledingindustrie in vergelijking met andere industrieën. Hierop kunnen we zien dat kleding verantwoordelijk is voor 5% van de totale CO2 uitstoot van een gemiddeld Nederlands huishouden.

   

Waterverbruik en –vervuiling

De productie van kleding stoot niet alleen veel CO2 uit, het verbruikt ook veel water. Voor de productie van een katoenen t-shirt is gemiddeld 2700 liter water nodig, voor een jeans gemiddeld 7.000 liter water. Het merendeel van onze kleding wordt immers geheel of gedeeltelijk uit katoen gemaakt. En katoen is een plant die veel water nodig heeft. De volgende grafiek toont het waterverbruik van de kledingindustrie in vergelijking met het waterverbruik van de vleesindustrie. Belangrijk hierbij is om ook rekening te houden met de factor tijd. De meeste mensen kopen niet elke week een nieuwe jeans, terwijl ze misschien wel elke week vlees eten.

Laten we er vanuit gaan dat een kledingstuk gemiddeld 7x gedragen wordt en je 5 kledingstukken per dag draagt met ongeveer een totale water footprint van 20.000 liter. Dan verspil je dus elke week 20.000 liter water aan kleding. Als je elke dag een geïmporteerde biefstuk eet dan zit je op 10.500 liter, ongeveer de helft. De mode-industrie wint het dus op gebied van waterverspilling.

De kledingindustrie verbruikt niet alleen veel water voor het telen en de productie van katoen, ook bij het verven van de kleding. Hiervoor wordt er jaarlijks 1,9 miljard liter drinkwater gebruikt. Vaak wordt dit water na gebruik geloosd in de rivieren. Gebrek aan regelgeving in ontwikkelingslanden leidt tot steeds meer vervuilde rivieren.

Pesticide

Katoen is niet alleen een plant die veel irrigatie nodig heeft. Er wordt ook veel insecticide en pesticiede gebruikt bij de katoenteelt. De katoenteelt is verantwoordelijk voor 4,7% van alle pesticides en 10% van alle insecticides. Dit is schadelijk voor het milieu op korte en op lange termijn. De directe natuurlijke omgeving ondervindt onmiddellijk schadelijke gevolgen. Daarnaast kunnen sommige insecticiden ook in het weefsel van dieren en mensen terecht komen en daar tientallen jaren blijven.

Afvalprobleem door kleding

Fast fashion heeft ervoor gezorgd dat kleding een wegwerpproduct is geworden. Uit onderzoek is gebleken dat kledingstukken gemiddeld slechts 7 keer worden gedragen Ongeveer 6 op 10 kledingstukken worden binnen het jaar weggegooid.. Elk jaar wordt er ongeveer 14 kg kleding per persoon weggegooid in België. Daarnaast wordt er 6,5% van de nieuwe kledingstukken niet verkocht. Dat zijn ongeveer 21,5 miljoen kledingstukken. Van deze niet-verkochte kledingstukken wordt er 1,2 miljoen vernietigd. Bovendien duurt het erg lang vooraleer kleding volledig is afgebroken. Bij stoffen zoals nylon loopt dit op tot 40 jaar.

 

Wat kan jij doen?

Maar er is ook goed nieuws. Door heel kleine acties kan jij een invloed hebben op dit proces. Want elke actie die niet bijdraagt aan de fast fashion cyclus heeft een postieve impact op het milieu.

Draag je kleding vaker en langer

Eerst en vooral kan je je kleding vaker en langer dragen. Het meest duurzame kledingstuk is namelijk het kledingstuk dat al in je kast hangt. Door je kleding bijvoorbeeld 3 keer langer te dragen, wordt er een hoop minder CO2 uitgestoot, water verbruikt en afval geproduceerd.

Enkele cijfers op een rijtje:

Per kledingstuk komt er gemiddeld 63 kg CO2 vrij. Door je kleding 3 x langer te dragen bespaar je 126 kg CO2.

Door je jeans 3 x zo lang te dragen, spaar je twee jeansbroeken uit oftwel 16.000 liter water. Dat staat gelijk aan een heel jaar douchen als je dagelijks iets langer dan 5 minuten doucht.

 

Hoe kan je ervoor zorgen dat je kleding langer mee gaat?

Eerst en vooral door aandacht te besteden aan het onderhoud van je kleding.

 

Onderhoud van je kleding

Was je kleding zo min mogelijk.

Veel mensen wassen hun kleren te vaak. Wassen heeft namelijk een negatief effect op de kwaliteit van de kleding. Zo komt er bij kleding van polyester en nylon microplastics vrij tijdens het wassen en wol kan gaan pillen. Door je kleding omhoog te hangen op een plek waar frisse lucht komt, vermijd je onnodige wasbeurten.

Verwijder vlekken zo snel mogelijk

Verwijder vlekken zo snel mogelijk met de hand. Zo heeft de vlek minder kans om in te trekken en moet je daarna niet extra moeite doen om de vlek uit je kleding te krijgen.

Wanneer je toch je kleding wast, neem je best de volgende regels in acht.

Lees het waslabel voordat je gaat wassen

Lees het waslabel voordat je gaat wassen. Sommige kleding kan namelijk niet tegen de wasmachine en moet gestoomd worden. Ook staat er soms nuttige informatie op het waslabel, zoals dat je het kledingstuk best kan wassen met gelijkaardige kleuren of dat het kledingstuk kan krimpen in de was. Was je kleding steeds volgens de temperatuur en het programma dat staat aangegeven op het label. 30 graden is voor veel kledingstukken warm genoeg.

Let ook op met de droogkast. Gekrompen kleding is namelijk niet makkelijk terug op de juiste maat te krijgen. Daarnaast maak je best gebruik van een aangepast wasmiddel.

Let op met strijken

Synthetische stoffen zoals polyester, nylon en viscose kun je beter niet strijken. Daarnaast is het ook een goed idee om je kleding binnenstebuiten te strijken om te voorkomen dat de print sneller vervaagt.

 

Ga naar met kleine gebreken naar de kleermaker of het Textiel Repair Café 

Wanneer je tijdens het dragen merkt dat je kleding toch niet helemaal goed zit, kan je naar de retoucheur gaan voor kleine aanpassingen.

Knoop afgevallen, kleine gaatjes door het dragen, … ? Voor kleine gebreken en slijtage kan je met je kleding naar een textiel repair café gaan. Hier helpen vrijwilligers met kennis van zaken jou om je kledingstukken op te frissen of hun levensduur te verlengen. Zo zorgen we er samen voor dat jij je kleding langer kan dragen. MAAKbar organiseert elke 3e zaterdag van de maand Textiel Repair Café’s in het TextielLab. Van 10.00 tot 16.00 ben je welkom om jouw gebruikte kleding een tweede leven te geven.

 

Heb je toch zin in iets nieuws?

Koop zo veel mogelijk tweedehands kleding.

Door tweedehands kleding te kopen, geef je bestaande kledingstukken een tweede leven en moeten er geen nieuwe kledingstukken geproduceerd worden.

Ga naar een kledingruilbeurs

Je kan ook naar een kledingruil gaan. Bij een kledingruil breng je jouw ongedragen kleding mee en ruil je deze tegen de ongedragen kleding van iemand anders. Zo geraakt je kleerkast opgeruimd, kan je jezelf trakteren op iets nieuws zonder de planeet extra te belasten en maak je andere mensen blij met jouw ongedragen kleding. Dat is drie keer gewonnen.

MAAKbar organiseert elk half jaar een kledingruil, één keer in de lente voor lente- en zomerkleding en één keer in de herfst voor herfst- en winterkleding.

Maak je kleding zelf

Steek je graag de handen uit de mouwen? Dan kan je altijd je kleding zelf maken. Hiervoor kan je tweedehands materialen of nieuwe materialen gebruiken. Zelfs als je nieuwe stoffen en fournituren gebruikt, doe je nog steeds niet mee aan de fast fashion industrie.

Niet alleen kan je zelf de pasvorm, de kwaliteit en het uitzicht van je kleding bepalen, je krijgt er ook het plezier van het maken bovenop. Bovendien ga je de kledingstukken, waar je zelf veel tijd en liefde in gestoken hebt, meer waarderen.  MAAKbar organiseert elk half jaar basiscursussen naaien waarbij we jou de basis van het werken met een naaimachine bij brengen in 6 lessen. Daarnaast wordt er ook geregeld een reeks lessen georganiseerd rond een bepaald kledingstuk.

 

Wil je zelf berekenen wat de ecologische impact is van jouw kleerkast?

Dat kan via onderstaande link:

https://www.thredup.com/fashionfootprint?utm_source=instagram&utm_medium=brand&utm_campaign=organicInstagram_0120_fashionfootprint&referral_code=organicInstagram_0120_fashionfootprint

 

 

 

               

Met steun van